Nieuwsbrief januari 2025

Nieuwsbrief januari 2025

Lieve broeders, zusters en vrienden,

Jawel! We zijn aanbeland in een spiksplinternieuw jaar. Dat ging snel. Toch willen in deze brief nog even stilstaan bij de gebeurtenissen van vorig jaar—in het bijzonder het bezoek aan ons dorp in december.

We hadden het al een beetje laten doorschemeren op social media, maar er is zo veel moois te vertellen dat we wat meer schrijfruimte nodig hebben. Met andere woorden: Deze nieuwsbrief is lang dus gaat u er maar even goed voor zitten! Als u naar beneden scrolled vindt u alle foto’s en zelfs een paar video’s.

YES! De verscheping is aangekomen

Eind november is de verscheping van ons vertaalwerk aangekomen. De 800 kilo wegende pallet werd samen met allerlei goederen van MAF en Helimission afgeleverd in Tana. De zendelingen van deze twee organisaties hebben het van het depot opgehaald en vlak bij ons huis konden we het uit hun vrachtauto overladen in onze auto—die dan ook gelijk flink in de vering begon te zakken 😂

Eenmaal netjes gestapeld in onze garage, moesten we nog wel even geduld hebben met het openmaken. De douane wilde eerst nog een inspecteur sturen om te controleren of we geen stoute dingen in de dozen hadden gestopt. Gelukkig hoefden we niet lang te wachten en konden we de boekjes eindelijk bekijken. Ze zien er fantastisch uit! De verspreiding van Gods woord kan beginnen.

Het afdrukken en verscheping van het vertaalwerk is één grote gebedsverhoring. We hebben al eerder gemeld dat er voor ons geen kosten aan het afdrukken verbonden waren. Maar er waren nog wel wat onvoorziene kosten. Om het materiaal in de hoofdstad te krijgen hadden we nog 576 Euro nodig. Dat hebben we met u in de laatste nieuwsbrief gedeeld en binnen een week was dit ook opgelost. Wat een zegen!

Nog even voor de Kerst langs

Een trip naar ons dorp, Maroamboka, vergt altijd aardig wat voorbereiding. Zo ook deze keer. In de vorige brief hebben we vermeld dat ik (Jurgen) drie mensen zou meenemen, Tiavina, Neto, en Jonoro. Jammer genoeg moest Tiavina afhaken. De lege plaats in de auto werd gretig ingenomen door Issa.

Neto ging vooral mee om ervaring op te doen terwijl Jonoro mogelijk tot bemoediging kon zijn voor onze vrienden in het gebied. We wisten niet zo goed wat we moesten verwachten omdat de mensen in ons dorp voorheen erg terughoudend waren naar vreemdelingen. We hebben wel eens bezoek gehad toen we nog in het dorp woonden. Toen we onze vrienden wilde voorstellen aan de dorpelingen was er geen kip meer te bekennen en sommigen hadden zichzelf verstopt in hun huis.

De reis stond gepland van 16 tot 23 december. Daarvan moet je dan vier dagen rekenen voor het reizen zelf. Om het ons wat gemakkelijker te maken hebben we iemand uit het dorp, Narfelo, gevraagd om voor ons te koken.

Van de ene verbazing in de andere

Onderweg stoppen we altijd voor de nacht in Ranomafana. Dit is al redelijk dicht in de buurt en veel van de mensen in en rondom Ranomafana zijn of spreken Antanala. We hebben het vertaalwerk hier al vaak getest. Jonoro ging ‘s avond even aan de wandel en ontmoette de lokale dominee. Hij deed gelijk waar hij goed in is: contact leggen. Jonoro sprak over het werk dat wij doen. De dominee vertelde hem dat hij hier al van op de hoogte was. Hij wist dat ik al diverse keren op de markt het Evangelie gedeeld had in het dialect. De buitenlander, die zichzelf vader van Vanya noemt, was al behoorlijk bekend in het dorp. De dominee wilde mij graag ontmoeten om eens te horen hoe we elkaar kunnen helpen. Jonoro maakte de afspraak dat we op de terugweg bij hem langs zouden komen. Dat was verbazend snel geregeld!

Eenmaal aangekomen in het dorp werden we hartelijk ontvangen. De mensen waren zo blij dat Issa en ik weer thuis waren. Eén persoon dacht dat we misschien wel dood waren want normaal kwamen we veel vaker thuis. Tja, we kunnen dan wel in Tana wonen, maar volgens de mensen in ons dorp is dat niet echt waar we thuis horen.

Maar wat schetst mijn verbazing? De mensen liepen direct op Jonoro en Neto af, en begonnen gelijk gezellig met ze te praten. Ondanks dat Neto’s Malagasy beperkt was en Jonoro’s Malagasy anders klonk dan de taal in het dorp, namen de mensen uitgebreid de tijd om ook hen te verwelkomen. Niks geen angst of verlegenheid. “Nee”, zeiden de mensen, “Jonoro en Neto waren immers meegenomen door de vader van Vanya, dus die zijn gerust te vertrouwen.”

Het eerste bezoek

Ondanks de hitte hebben we onze dagen in Maroamboka goed besteed. We zijn vooral ‘s ochtends er op uit getrokken om mensen te ontmoeten.

Fanja was uiteraard de eerste bij wie we op bezoek gingen. Fanja en haar man Sylvestre waren de mensen die ons in 2016 hebben geïntroduceerd bij de mensen. We hebben altijd heel veel steun van dit echtpaar mogen ervaren.

Sylvestre en Fanja zijn zeer nauw betrokken bij de kerk van Jezus Christus op Madagaskar (FJKM). Jammer genoeg was Sylvestre niet thuis, maar dat weerhield Fanja er niet van om ons uit te nodigen voor een heerlijke maaltijd.

De grap was dat zij en Jonoro elkaar nog kenden van een bijbelschool die ze in hun jonge jaren hadden bijgewoond. De gesprekken verliepen hierdoor bijzonder vlot en afspraken waren snel gemaakt.

We hebben met haar onze plannen gedeeld om studenten van diverse Bijbelscholen naar Maroamboka te sturen. In Maroamboka zouden ze dan een stuk praktijkervaring kunnen opdoen. Ze kunnen dan leren hoe het is om in afgelegen gebieden het Evangelie te verkondigen. Fanja was enthousiast en graag bereid om te helpen waar nodig. Dat niet alleen, maar ze kent zo ongeveer iedereen en elk dorp in de omgeving. Ze is een grote bron van informatie! Fanja zal ter zijnentijd jonge christenen mobiliseren die met de studenten mee kunnen gaan om ze de weg te wijzen en om ze voor te stellen aan de mensen in de afgelegen dorpjes.

De kerk groeit gestaag

Natuurlijk zijn we ook bij de vader van Mainty en de vader en moeder van Luka op bezoek geweest. Deze broeders en zuster zijn de onderwijzers in de plaatselijke Lutherse kerk (FLM). De vader van Mainty gebruikt al heel lang de vertaalde Bijbelverhalen om nieuwe gelovigen de grote lijn van verlossing in de Bijbel te onderwijzen.

De vader van Mainty vertelde ons van alle gebeurtenissen in het gebied. De Lutherse kerk in Maroamboka is te klein geworden! Wat is er gebeurd? Het dorp Tsiombivohitra waar ik, Jurgen, jaren lang bijna wekelijks heen ging om de Bijbelverhalen te onderwijzen, kent nu een grote groep christenen. Toen ik daar voorheen kwam, werd me verteld dat er maar twee jonge mensen waren die ook in Jezus geloofden. Er werd een beetje op dit stel neer gekeken omdat ze niet meededen aan de traditionele voorouder verering. De jonge koning van het dorp snapte wel dat het Evangelie belangrijk was maar had vooralsnog geen interesse om de weg van Jezus te gaan—het zou immers betekenen dat hij dan niet langer koning mocht blijven als hij wel christen zou worden.

Om eerlijk te zijn werd ik wel eens moedeloos van het werk in Tsiombivohitra. Maar de Heer gaat door. Ergens vorig jaar leek het gezaaide zaad wortel te schieten. Eerst kwam het jonge stel op de zondagochtenden naar Maroamboka om samen met de broeders en zuster in de FLM de Heer te zoeken. Maar niet veel later namen ze nog twintig andere mensen uit Tsiombivohitra in hun kielzog mee. Eén van die mensen is de vrouw van de koning!
Het tij in Tsiombivohitra lijkt gekeerd. Het is maar een klein dorp wat betekent dat de gelovigen langzamerhand de meerderheid begint te worden. Omdat het zeven kilometer is naar Maroamboka, hebben ze nu met de leiding van de FLM afgesproken dat ze een zustergemeente gaan bouwen in Tsiombivohitra.

Maar dit dorp is niet het enige dorp waar mensen tot een levend geloof in Christus komen. De vader van Mainty wist ons te vertellen dat er plannen liggen om in nog minstens twee andere dorpen een kerk te bouwen.

Samenwerking

Toen wij in 2017 in het dorp kwamen wonen leek er nog niet zo veel spaken van samenwerking tussen de FLM en FJKM. Ondertussen lijken de christenen uit deze kerken zich dat niet meer te herinneren 😆

Dezelfde vraag als die we bij Fanja hadden neergelegd, stelden we ook aan de vader van Mainty en de vader en moeder van Luka. Zouden ze bereid zijn om studenten te helpen in hun bezoekjes aan omringende dorpen. Zo ja, zouden ze dan ook bereid zijn om dit samen met de christenen uit de FJKM op te pakken. Beidde vragen werden met een volmondige ‘ja’ beantwoord. We volgens immers dezelfde Heer! Dit is goed nieuws want het betekent dat we uit een grote vijver kunnen vissen wat betreft helpers.

De twee voorgangers

Toch wilde ik heel graag nog de FJKM-voorganger, Oliva, ontmoeten. Oliva is nog jong en zijn vrouw is recent in de hoofdstad bevallen van hun eerste dochter, Gloria. We zijn bij hem op bezoek geweest. Oliva blijkt een talenknobbel te hebben. Hij spreekt prima Engels en bleek tijdens het gesprek zonder veel problemen over te schakelen naar het Portugees zodat Neto hem ook kon verstaan.

Oliva was erg enthousiast over het vertaalwerk en wil er graag mee aan de gang. In februari gaat hij echter net even buiten ons gebied wonen. Het leven in ons gebied is erg lastig. Vooral als je een klein kindje hebt en een vrouw die nog niet hersteld is. Het dorp waar Oliva gaat wonen ligt zo’n 25 kilometer verderop een heeft direct toegang tot schoon water, elektriciteit, en een doorgaande hoofdweg naar andere grote steden. Ook in die omgeving wordt ons vertaalwerk erg gewaardeerd en wil hij het dus graag gebruiken.

De tweede voorganger die we nog gesproken hebben is onze goede vriend Doris. Doris is de voorganger van een pinkstergemeente. Zijn kerk telt nu zo’n negentig vaste bezoekers. Doris woont in Tanambao. Dit was het eerste dorp dat ik in begin 2018 begon te bezoeken. Toen Doris en zijn vrouw Alphossin daar in augustus 2018 kwamen wonen hebben we afgesproken dat ik voortaan andere dorpen zou gaan bezoeken.

Het werk van Doris en Alphossin wordt duidelijk gezegend. De negentig gelovigen zijn immers niet de enige gelovigen in Tanambao. Er is nog een groepje dat uit is geweken naar de FLM in Maroamboka. Dat is niet zo gek als je bedenkt dat de FLM éen van de meest bekende kerkgenootschappen op Madagaskar is. De FLM staat bekend als solide en betrouwbaar. De kerk (Rhema) die Doris en Alphossin hebben gesticht is wat minder bekend en dus kiezen sommige liever voor de FLM. Doris vindt het prima, zolang de mensen Jezus maar gaan volgen!

Waarom Maroamboka?

Ons dorp Maroamboka is eigenlijk maar klein als je het vergelijkt met het centrale dorp van ons gebied, Sandrohy. Zoals in het Nederlandse Noord-Holland, Schagen de gemeente is, en Burgerbrug een dorp binnen die gemeente is, zo is Maroamboka een dorp binnen de gemeente Sandrohy.

Eigenlijk is Sandrohy de centrale plek voor de kerken—het bolwerk van christenen. De voorganger van de FJKM woont daar en het kerkgebouw is er één van steen met een metalen dak. Ook is het de centrale plek van bijna alle kerkelijke festiviteiten.

Maroamboka daarentegen is de plek van de toverdokters. In en rond Maroamboka wonen en werken er zeven! Sommigen van hen zijn zo machtig dat er soms mensen helemaal uit de hoofdstad komen om hen te raadplegen. Kortom, Maroamboka was min of meer het bolwerk van de boze.

En juist in Maroamboka groeit de kerk! En het is Maroamboka waar de mensen naar toe komen om meer te horen over het Evangelie. Waarom? Geen flauw idee, maar Issa merkte op dat de Here humor heeft. Issa zei: “de boze zal wel blij geweest zijn toen wij uit Maroamboka weg gingen. Maar het is alsof God de boze uit zijn droom heeft geholpen door Maroamboka juist te gebruiken voor Zijn machtige werk”. 😎

Toch ook tegenslag

Hoewel we het liefst alleen maar ‘goed-nieuws-brieven’ zouden willen schrijven, ontkomen we niet aan het feit dat we soms ook tegenslagen ervaren.

Bezoekjes aan het dorp lijken de aantrekkingskracht op ongevallen te hebben. Eerder heeft Siemen al eens, na een valpartij, een spoedbezoek aan de tandarts moeten afleggen. Een andere keer heeft Issa een vleeswond in het zwembad opgelopen. En terwijl ik deze keer in het dorp was, heeft Katja haar sleutelbeen gebroken.

Als ik in het dorp ben proberen we elkaar dagelijks even te bellen. Dus toen Abbey me vrijdagmiddag belde, nam ik niets vermoedend de telefoon op. “Hoi pappa! Kunt u mij even wat beltegoed geven?” Toen ik haar vroeg waar ze het voor nodig had, vertelde ze me dat ze een taxi moest bellen om naar het ziekenhuis te gaan … WAT?! Dat was het moment dat Abbey besefte dat ik nog niet wist wat er gebeurd was. Abbey gaf de telefoon snel aan Katja zodat die me het hele verhaal kon vertellen. Ik hoefde niet direct terug naar huis te komen want ze wisten zelf ook wel hoe ze in het ziekenhuis moesten komen 😵‍💫

Na het weekend kwamen we weer thuis. Naast alle online adviezen zijn Katja en ik nog naar een ander ziekenhuis geweest. Het algemene advies lijkt te zijn om het niet direct te opereren. Het sleutelbeen zal vanzelf weer aan elkaar moeten groeien. Mocht er nu een blijvende immobiliteit zijn dan kan het alsnog operatief verholpen worden.

Ondertussen loopt Katja dus met een schouder die niet mee wil werken. Het doet gelukkig een stuk minder pijn dan als in de eerste twee weken, maar leuk is het niet. Gelukkig zijn we gezegend met kinderen die van wanten weten. Alle vijf helpen ze (eigenlijk zoals gebruikelijk, maar dan iets meer) in het huishouden.

We moeten wel een beetje uitkijken omdat ons motto dat je een knuffel moet voelen, nu wel wat anders uitpakt. Nu moet een knuffel heel zacht en voorzichtig gegeven worden.

Volgende reis

De volgende trip staat alweer op de agenda. Ik hoop maandag 20 januari weer af te reizen naar Maroamboka. Dit keer samen met Abbey en Siemen.

De reis is drieledig. Halverwege de heenreis zal ik aansluiten bij een Amerikaanse zendeling, Matt Espeland, die een kerk heeft gesticht op de grens van het Antanala-gebied. De bedoeling is dat ik daar ga kijken of deze mensen ook baat hebben bij ons vertaalwerk. Mocht dit het geval zijn dan kan Matt het materiaal gebruiken om op die manier de mensen in hun eigen dialect te onderwijzen.

In Maroamboka ga ik de waterleidingen rondom het huis vernieuwen met sterke flexibele leiding. De huidige (pvc) leidingen zijn compleet verweerd en scheuren bij de geringste stoot. Als we wel studenten in huis krijgen hoeven ze zich daar in ieder geval niet om te bekommeren.

Te derde heb ik met Menja afgesproken dat we weer verder gaan werken aan het boek Genesis. Genesis, met zijn 50 hoofdstukken, is een groot project en zal nog wel even duren voordat het klaar is voor de eerste proeflezingen.

Zowel Abbey, als Siemen en ik hebben er weer heel veel zin in!

Tot slot

Lieve vrienden. Een lange nieuwsbrief deze keer. Normaal proberen we het korter te houden, maar zoals u hebt kunnen lezen zou dat geen recht gedaan hebben aan alles wat er gebeurd en gezegd is.

We hopen dat u na het lezen van deze brief, net als wij, ook uitziet naar wat de toekomst gaat brengen. We kunnen plannen maken maar één ding weten we zeker: “wat de Heer van plan is, gebeurt.” (Spreuken 19:21)
We voelen ons bevoorrecht dat we zo veel steun krijgen in ons werk.

Bedankt voor uw gebed, medeleven, en ondersteuning! Samen met jullie willen we op de Heer blijven vertrouwen! Want God is goed, altijd! En altijd is God goed!
We wensen u van harte Gods zegen toe!
Katja & Jurgen
Vanya, Issa, Abbey, Dani en Siemen Hofmann

Gebeds/dankpunten:

Dankbaar zijn we, omdat:

  1. we een grote en machtige God dienen;
  2. God dagelijks toevoegt aan de gemeente;
  3. de fantastische tijd in het dorp;
  4. we zo’n goede relatie hebben met de dorpelingen;
  5. de vertaalde boekjes aangekomen zijn;

Bidt voor/dat

  1. onze financiële stand weer op peil komt;
  2. de volgende trip naar ons dorp;
  3. een volledige genezing van Katja’s sleutelbeen en schouder;
  4. het vertaalwerk bij de juiste mensen te krijgen;
  5. de plannen om studenten naar het dorp te brengen mogen lukken.

Videos

Wonderschone waterval in Nationaal Park, Ranomafana, Madagaskar.

Prediking van de Bijbelverhalen op de markt in Sandrohy.

Samen met iaban’i Velotia in gebed.

Het grote huis

Het grote huis

Building the Trano-be, Madagascar Een jaar geleden, op een donderdagochtend, vertelde Jurgen de bijbelverhalen aan de koning van Tsiombivohitra. Er was nog een man aanwezig, een oudere man. Zijn naam is iaban’i Roly. Jurgen kende hem niet. De weken daar op was iaban’i Roly verschillende keren aanwezig. Na wat gesprekjes kwam Jurgen er achter dat hij een voorname man uit ons eigen dorp is. Waarom woonde hij dan niet in Maroamboka? Iaban’i Roly liet een nieuw groot huis bouwen (Trano-be) en zolang die nog niet klaar was woonde hij elders.

Toen kwam de vraag wanneer Jurgen de verhalen in Maroamboka zelf zou vertellen, daar woont hij toch? Nadat Jurgen uitgelegd had dat we in de verschillende dorpen hadden belooft om terug te komen en dat we die belofte eerst moesten inwilligen, kwamen Jurgen en Iaban’i Roly tot de afspraak dat, als zijn huis klaar zou zijn, Jurgen óók in Maroamboka zou beginnen.

Het huis is klaar! Jurgen ging even op bezoek en trof iaban’i Roly’s vrouw aan die zei dat ze hem naar ons toe zou sturen. Iaban’i Roly kwam gister om te horen wat Jurgen’s plannen zijn. Afgesproken is dat Jurgen, na de Kerst, op de donderdagochtenden bij hem in huis de verhalen komt vertellen. Iaban’i Roly wilde het graag op donderdag omdat dan veel mensen niet werken en kunnen komen luisteren.

Building a trano-be, MadagascarHet is een interessante afspraak. Niet alleen is iaban’i Roly één van de koningen in Maroamboka, daarnaast is hij ook één van de voornaamste toverdokters in ons gebied. Samen met een ‘collega’ toverdokters trekt hij klanten vanuit de verre omtrek. Er komen zelfs mensen uit de hoofdstad om gebruik te maken van zijn diensten. Ze hopen speciale ‘zegens’ of andere zaken te ontvangen. Zaken, waarin alleen hij kan voorzien. Iaban’i Roly is een gevreesd man onder de Malagasy. Ondanks dat de verhalen zich duidelijk uitlaten over de praktijken van de toverdokters, verwacht Jurgen niet veel problemen. Jurgen komt op uitnodiging van iaban’i Roly. Een uitnodiging die hij niet aan zijn neus voorbij laat gaan.

Zeven weken Maroamboka

Zeven weken Maroamboka

Op het moment van schrijven zijn we net een week terug in ons nieuwe huis. We waren twee weken weg om in de hoofdstad papierwerk te regelen voor de auto en voor onze visa en residentiekaarten. De laatste hebben we op zak, alleen het officiële eigendomsbewijs van de auto heeft nog heel wat voeten in de aarde. Maar dat is een ander verhaal. Hoe zijn we de eerste zeven weken Maroamboka doorgekomen en hoe hebben we het ervaren?

Attractie Hofmann

Het viel natuurlijk te verwachten: de eerste drie weken verzamelde zich dagelijks een grote troep kinderen voor ons huis om te zien wat de ‘vazaha’ (blanke buitenlanders) vandaag zouden doen. Op wandelingen werden we steevast overal gevolgd en de mensen leerden snel onze namen. De namen van de kinderen zijn voor de Tanala prima uit te spreken, maar Jurgen is ‘dadan’i Vanya’ (vader van Vanya) en Katja ‘maman’i Vanya’. Inmiddels is de eerste nieuwigheid eraf en voelen we ons steeds minder circusartiesten.

Nieuwe vrienden

Naar vrienden hebben we niet hoeven zoeken. We kenden natuurlijk Sylvestre al, die aan AIM een stuk van zijn land heeft afgestaan ten behoeve van ons huis. We eten regelmatig samen. We mochten ook kennismaken met de president van de fokontany, een soort hoge gemeenteambtenaar in het gebied rond Sandrohy, waar Maroamboka onder valt.

Een waar geschenk is de vriendschap met maman’i Prisca, onze overbuurvrouw. Vanaf onze aankomst heeft ze zich opgesteld als onze vriendin. Ze schonk ons zelfs een kip, een traditioneel maar kostbaar welkomstgeschenk. Ze helpt ons met inburgeren en over en weer wisselen we eten en kennis uit.

Dan is er nog Menja, de plaatselijke onderwijzer. Hij woont op het erf van maman’i Prisca en heeft gezegd dat hij ons graag wil helpen met het vertalen van bijbelverhalen in het Tanala. Met Jurgen heeft hij al één van de dorpjes, waarop we ons richten, bezocht.

Nieuwe uitdagingen

Wat hadden we graag gewild dat het in orde was: stromend water. Helaas staat er geen druk op de pomp vanwaar een leiding naar ons huis loopt. We moeten dus heel zuinig zijn met water en als het regent zetten we alle zeilen bij om zoveel mogelijk water uit opvangbakken in jerrycans over te gieten zodat we het niet 400 meter verderop bij de pomp hoeven te halen. Die pomp is lastig te bereiken en doet het ook niet altijd. We gebruiken nu het waswater uit de wasmachine om het toilet mee door te spoelen (iedere keer 12 liter!) en we dragen onze kleding meerdere dagen.

En toen was daar in maart eindelijk regen, een cycloon zelfs. Het huis bleek behoorlijk lek. De vloerdelen van de verdieping liepen door naar buiten en als daar lang genoeg regen op valt stroomt het naar binnen en gaat het beneden regenen. Een paar gaten in het dak zijn gelukkig inmiddels dichtgeroest en we zoeken nog naar een oplossing om de verbinding met de verdieping dicht te krijgen zonder de ratten gelegenheid te geven daar nesten te bouwen.

Ratten dus. Wat een vernielers! Tot nu toe hebben ze behalve in ons eten de tanden al gezet in zeep, dekens, kussens, kleding, bakvormen, plastic boterkuipjes, speelgoedpijlen, ballen, pittenzakken, boeken en hout. Vanya heeft weliswaar een jong poesje gekregen, maar het jagen op ratten moet ze nog leren. Intussen bouwt Jurgen een rat-vrije kast onder de trap voor ons verse voedsel en zetten we vallen.

Uitgebreide begroetingen

Als Nederlanders vinden we het al heel wat als we op straat vreemden begroeten met een vriendelijke blik, knik of zelfs korte groet. Nou, dat vindt men hier maar ‘fomba ratsy’ – een slechte manier van doen. Nee, begroeten gaat uitgebreid en daar zijn formules voor die we druk aan het leren zijn. Minimaal vraag je hoe het met de ander gaat, of er nieuws is en druk je uit dat je het fijn vindt de ander weer te zien. Dat mag overigens wel in het voorbijgaan en lekker luidruchtig. Het is dan ook vaak een kakofonie van begroetingen in het dorp. Afscheid nemen is een stuk korter. Iets in de trant van ‘Ik ga weer’ volstaat.

Ver weg

Dat we ver van Nederland zijn wisten we al. Toch ervaren we de afstand nu een stuk intenser: het besef dat het alleen al anderhalf tot 2 uur duurt voordat we op een normaal begaanbare weg zijn, de trage internetsnelheid en de afwezigheid van een postbedrijf hier maken dat we ons af en toe ‘in the middle of nowhere’ voelen. Het maakt ons extra dankbaar voor de sterke auto waarmee we kunnen reizen, de smartphones die we afgelopen najaar hebben gekregen en de brieven en pakketjes die nog steeds in de hoofdstad voor ons aankomen.

Al met al …

hebben we het de eerste periode best zwaar gehad met alle nieuwe indrukken en aanpassingen in leefomstandigheden. Maar het is de moeite meer dan waard. We merken dat God ons de weg heeft gebaand en zijn blij te weten dat er zoveel mensen in Nederland en elders achter ons staan. Hoewel dus misschien wat minder vaak en regelmatig, blijven we ons best doen u op de hoogte te houden van ons wel en wee. Bedankt voor uw betrokkenheid!

Ritje Maroamboka

Ritje Maroamboka

In week 50 gingen we voor het eerst met eigen auto naar Maroamboka. Maroamboka is het dorp waar we gaan wonen en waar bouwers druk bezig zijn met de bouw van ons huis. Dit keer gingen we niet als gezin maar is Jurgen alleen met Issa afgereisd.

Papieren

Aanvankelijk hadden we gehoopt om eerder naar het gebied af te reizen. Het op naam zetten van alle auto papieren en het verkrijgen van een Malagasy rijbewijs vereiste meer tijd dan we verwacht hadden. Inmiddels zijn de papieren binnen… alhoewel, de tijdelijke papieren. De officiële papieren zullen naar verwachting eind december klaar zijn. Het rijbewijs is een ander verhaal. Hiervoor hebben we een visum nodig welke nog minstens zes maanden geldig is. Bij aanvraag van een visum voor het nieuwe jaar krijgen we een papier waarop staat dat de aanvraag bezig is. Met dit papier kunnen we reizen maar het is niet hetzelfde als een visum. De geldigheid van het visum begint al wel te lopen vanaf de aanvraag. Met andere woorden: als het definitieve visum na bijvoorbeeld vier maanden afgeven wordt, is het nog maar acht maanden geldig. We hopen dus dat het visum spoedig afgegeven wordt zodat we het tijdelijke rijbewijs kunnen omzetten naar een definitief rijbewijs.

Meubels

De auto wordt langzaam maar zeker toegerust voor de zware omstandigheden waarin we hem gaan gebruiken. Zo hebben we een grote dakdrager laten maken door plaatselijke metaalbewerkers. Het is een enorm gevaarte (2,30 bij 1,20). We zijn er blij mee omdat we op deze manier makkelijk spullen in en uit het gebied kunnen vervoeren.

Jurgen heeft het bezoek gebruikt om, samen met Issa, een groot deel van onze meubels te brengen. Op het dak werd een zware kast met twee bijzet tafeltjes gebonden en in de auto werden acht stoelen met ons keukengerei vervoerd. Zondag elf december om 05:00 ‘s ochtends vertrokken Issa en Jurgen om vervolgens drie kwartier later al staande gehouden te worden door de politie. De vracht op het dak was geen probleem maar blijkbaar moest er een vergunning zijn voor de lading in de auto. Jurgen kreeg het voor elkaar dat de agent ter plekke een vergunning uitschreef. Met alle Juiste papieren op zak ging de reis verder.

Slechte wegen

De nationale wegen lijken soms meer op Nederlandse gatenkaas dan op een weg. Dit maakt het rijden behoorlijk intensief. Jurgen en Issa kwamen ‘s middags in Abohimahasoa aan. Daar hebben ze overnacht om vervolgens de volgende dag het tweede stuk te rijden. Vlakbij Ifanadiana raakte één van de banden lek. Gelukkig was hulp niet ver weg. Jurgen vroeg een agent om hulp en nadat deze zijn AK47 even aan de kant gezet had, hield hij een vrachtwagen staande. De chauffeur heeft toen met een plaatselijk bewoner het reservewiel onder de auto gezet… Het was niet nodig voor Jurgen om zijn handen vies te maken, zo was de mening van de chauffeur. In Ifanadiana is de band gerepareerd voor € 1,70.

Aankomst

De auto is goed te horen en dus stonden de bewoners van Sandrohy al bij de weg te wachten. Er werd enthousiast gejuicht door de kinderen en velen kwamen even de handen schudden. Na even kort bij praten werd de rit vervolgd naar Maroamboka, zo’n vijf kilometer van Sandrohy. Op deze weg werd de auto goed getest. Diepe geulen afgewisseld met keien die de steile paden, van soms 35% en meer, zeer lastig begaanbaar maken.

Eenmaal door de laatste bocht kan het huis al gezien worden. Snel werden Jurgen en Issa tegemoet gerend en begroet. De auto werd geparkeerd naast het huis van onze contactpersoon en bewonderd door de vele ‘kenners’. Het uitladen was met de vele handen in mum van tijd klaar.

 

Het huis

We waren al geïnformeerd dat het huis niet helemaal volgens de tekeningen gebouwd werd. Onze tekeningen waren veel te bescheiden. Het huis wordt veel groter zodat we, volgens de bouwer, genoeg ruimte hadden voor alle kinderen. Op de begane grond komt een slaapkamer en een gedeelde woonkamer en keuken. Er is een trap naar de eerste verdieping waar, nadat we op een overloop terecht komen, twee slaapkamers voor de kinderen komen. Buiten staat al een aparte ruimte waar we ons kunnen wassen en 15 meter verderop is een toilet gegraven. Het huis staat pal naast een waterbron met schoon water. De druk op deze bron is de meeste tijd van het jaar hoog genoeg om er eventueel een waterleiding op aan te sluiten. Dit laatste gaat de bouwer nog naar kijken. Toen Jurgen en Issa er waren was er al langere tijd geen regen gevallen. Hierdoor stond er niet of nauwelijks druk op de bron. We zullen kijken of we dit kunnen ondervangen door een grote waterton te installeren waarmee we regenwater kunnen opvangen en bewaren. Het huis is gebouwd van hout uit het nabije regenwoud. Het dak is voorzien van golfplaten en de vloer zal van cement worden. De meeste traditionele huizen hebben dat niet wat dan ook tot veel overlast zorgt als het regenseizoen losbarst. We hopen deze of volgende maand met een vriend te gaan kijken naar zonnepanelen en alle bijbehorende elektronica. Zonnepanelen is een luxe die wel meer voorkomt in het gebied. Veel mensen hebben een systeem waarmee ze bijvoorbeeld een telefoon kunnen opladen of een DVD kunnen kijken.

Bezoek

In de twee dagen dat Jurgen en Issa in Maroamboka waren hebben ze ook drie dorpen bezocht. Van twee dorpen waren de mpanjaka’s (koningen) niet aanwezig. Daar hebben we onze groeten gedaan en even met de mensen gesproken. Bij één van de dorpjes hebben we ook de beloofde groepsfoto’s af gegeven. In het laatste dorp was de mpanjaka wel aanwezig. Het was een goed weerzien. De mpanjaka deed erg zijn best om Jurgen’s officiële Malagasy te verstaan. Het werd een leuk en een ontspannen gesprek. Vooral toen Jurgen de verschillende uitspraken van de Malagasy dialecten liet horen werd er luid gelachen. De mpanjaka zei blij verrast te zijn met Jurgen’s vooruitgang in de taal.

Inmiddels zijn Jurgen en Issa, afgeladen met fruitgeschenken, weer terug in Antananarivo. De verwachting is dat Jurgen binnenkort weer naar Maroamboka zal afreizen om diverse spullen, zoals een bed en schoolmaterialen en ander huisraad, te brengen. De bouwer dacht dat we in januari onze intrek wel zouden kunnen doen.

We hebben er zin in om, na maanden van voorbereidingen, te gaan wonen onder de Tanala.

Het gaat hard!

Het gaat hard!

Het is nu enkele maanden na ons gezinsbezoek aan Sandrohy en omgeving. Sindsdien is er veel gebeurd: we kochten een terreinwagen en kregen goedkeuring van de leiding van AIM Madagaskar om te gaan wonen in Maroamboka, een dorpje 2 km van Sandrohy af. Inmiddels wordt er druk gebouwd en is de auto klaar om de reis te maken. Deze maand nog hoopt Jurgen samen met onze oudste zoon Issa te gaan kijken bij de bouw, mogelijk wat te helpen, en contacten te onderhouden.

De auto

Dit is hem dan: onze Nissan Patrol uit 1999. We hebben lang moeten zoeken naar deze mechanische auto, maar eindelijk is het gelukt. Het is belangrijk dat de auto niet alleen een vierwielaandrijving heeft, maar ook dat hij mechanisch is in plaats van elektronisch. Mechanische auto’s zijn een stuk gemakkelijker te repareren, als het nodig is zelfs provisorisch door een leek. Er is geen boordcomputer die uitgelezen moet worden en met wat eenvoudig gereedschap komen we in geval van nood een heel eind. Voor de liefhebbers: het motorblok is een 4,2 liter diesel, 6 cilinders. Klik op de afbeelding om meer foto’s te zien.

We zijn ontzettend blij met de auto omdat we nu veilig en in elk seizoen in en uit het gebied van Sandrohy kunnen reizen. De aanschafprijs maar ook de al gedane reparatie- en aanpassingskosten hebben we volledig kunnen betalen! Er is gul gegeven voor een auto: we zijn daarvan enorm onder de indruk en het onderstreept nog eens dat we er niet alleen voor staan. Hartelijk dank voor het in ons gestelde vertrouwen!

Er blijven nog enkele zaken die de komende maanden moeten gebeuren: een nieuw dashboard (de benzine- en temperatuurmeter doen het niet); een stevige grill aan de voorkant met versterkt plaatmateriaal daaronder om de extra hoge krik te ondersteunen; een dakdrager voor bagage; een nieuwe pomp voor de stuurbekrachtiging en reparatie van de vooras. Gelukkig kunnen we voorlopig al wel de weg op, want het kan op Madagaskar lang duren voor alle onderdelen gevonden zijn.

Een plek onder de zon

Op dit moment wordt druk gebouwd aan ons huis. We stonden versteld toen we een paar weken geleden hoorden dat het huis al half af zou zijn. We gingen er voorzichtig van uit dat bedoeld werd dat al 50% van de materialen was verzameld, maar nee: onderstaande foto’s laten toch duidelijk zien hoe snel het gaat. We hebben goede hoop dat onze nieuwe stek met ongeveer een maand klaar zal zijn, al gaf de bouwer aan dat ze veel last hebben van de regen. We verwachten dat we in het begin van het nieuwe jaar kunnen verhuizen.

De tekeningen voor het huis mochten we zelf maken en zijn hier en daar aangepast door de bouwer… en later, tijdens de bouw, is het één en ander nog iets meer aangepast. Het grondoppervlak wordt zo’n 40m2. Aan weerszijden van de woning komen op de verdieping 2 kamers: één voor de meisjes en één voor de jongens. De begane grond zal voor een derde deel slaapkamer zijn, het andere deel wordt woonkeuken. Het toilet en de wasgelegenheid komen buiten en voor het huis krijgen we een veranda, zodat we overdekt buiten kunnen zitten en de was drogen. Er worden lokale materialen gebruikt: het huis wordt van hout met een cementen vloer en een golfplaten dak.

Volgende week wil Jurgen alvast wat grote meubels naar Maroamboka brengen en gaan kijken bij de bouw. We houden u op de hoogte!