Lieve broeders, zusters en vrienden,
We zijn aanbeland in november! In de tweede week van oktober zat ons verlof in Nederland er op. We zijn door David Pavlotzky en Susanna Geertsma met twee auto’s naar Schiphol gebracht waar vandaan we via Nairobi, Kenia weer terug gevlogen zijn naar Madagaskar.
Na meer dan een half jaar in Nederland is het weer even wennen aan de Malagasy wereld. Het voelde vreemd om ineens weer terug te zijn. Tegelijkertijd was het ook weer een thuiskomen. Het onverbeterlijke sociale gedrag van de Malagasy kan heel overweldigend zijn. Voor ons voelt het als eigen.
Het was wel grappig dat de douane beambten alle buitenlanders behandelden als Franssprekend, maar toen ze ons zagen was er herkenning—in ieder geval bij één van hen, en dus begonnen de medewerkers blij in de landstaal tegen ons te spreken. Nou, waar maak je dat nu mee? Dat je na zo’n lange periode herkend wordt als die buitenlanders die de taal spreken.
Medewerkers van het hotel naast ons huis hebben ons opgehaald. Ook zij zijn goede bekenden omdat we daar altijd verbleven als we vanuit het dorp een paar weken in de hoofdstad kwamen. Alle bagage werd in het busje geladen en de rit naar huis kon beginnen. Dat is maar 1,5 kilometer, maar hier rekenen we niet in afstand, maar in tijd … Dat was in Nederland wel even anders. In Nederland lijkt iedereen de regels te kennen. Eigenlijk heel saai, want in Nederland heb je nu nooit eens dat er plotseling een tegenligger, een vrachtwagen in ons geval, je weghelft opstuurt omdat hij nog even zijn voorganger wil inhalen 😉
Ondanks dat we nu niet meer in een houten huis in een afgelegen dorp wonen, moesten we evengoed aan de bak. De familie Strokap uit Nederland heeft de maanden die we in Nederland verbleven ons huis gebruikt. Twee weken voordat we terugkwamen zijn ze naar het zuidoosten verhuisd, waar ze twee jaar gaan helpen met een project voor kinderopvang. Twee weken is op Madagaskar precies genoeg om alles weer lekker onder het stof te laten komen. Oktober is één van de droogste maanden, en dat vertaalt zich in stof, en nog meer stof, en in de andere hoek ook nog wat stof.
Katja was daarnaast ook nog druk met het inrichten van alle onze persoonlijke spulletjes die we zolang hadden opgeborgen. Alle kreeg weer een plekje. Leuke foto’s, schoolboeken, mooie houtsnijwerkjes. Zo maakte ze van ons huis weer een thuis!
Ik bevond mezelf weer in de ouderwetse positie van alles repareren. Gelukkig niet zo veel als dat we gewend waren in ons huis in het dorp, maar toch. Elektriciteitskabels die vervangen moesten worden, een waterleiding die geknapt was, een auto die ondanks een zonnepaneel op de accu toch niet wilde starten en ga zo maar door. Ik zeg vaak tegen nieuwe zendelingen dat ze hier maar beter zo snel mogelijk leren hoe ze allerhande dingen moeten repareren. Met twee linker handen worden de zaken snel ingewikkeld.
In de vorige nieuwsbrief hebben we al verteld dat Vanya nog een klein jaartje met ons mee terug wilde naar Madagaskar. Dat is natuurlijk heel fijn! Ze is inmiddels begonnen met vrijwilligerswerk in een kraamziekenhuis dat opgezet en gerund wordt door een Duitse dame, Tanja Hock. We hebben het altijd heel goed met Tanja kunnen vinden en die vond het dus geen enkel probleem om Vanya bij de werkzaamheden te gaan betrekken
Daarnaast hoopt Vanya ook weer wekelijks met een medisch team mee te gaan naar een project in het centrale deel van de stad. Daar worden kinderen geholpen aan allerhande ziektes en problemen. Terwijl de doktoren bezig zijn, worden de kinderen bezig gehouden met spelletjes en krijgen ze les over het Evangelie. Een man die daar regelmatig leiding aan geeft, zei dat Vanya als een vis in het water was. Ze speelt met de kinderen en deelt hier en daar een knuffel uit. Veel van deze kinderen kennen weinig genegenheid en als je dan een aai over je bol krijgt, of iemand slaat een de armen om je heen … Ja, dat werkt wonderen. Niet voor niets zei de Here Jezus: “Laat de kinderen tot Mij komen.”
We zitten in spanning af te wachten op de aankomst van het in Nederland gedrukte vertaalwerk. Het gaat per containerschip dus het duurt wel even, maar als het goed is komt het ergens eind november aan. Er zijn nog wel wat extra kosten die om de hoek komen kijken, maar daar schrijf ik verderop in de brief nog wat over.
Ik ben nu vooral bezig om uit te dokteren hoe we het werk doeltreffend kunnen verspreiden. Zomaar ergens heen reizen en de boekjes weggeven werkt niet. We willen dat het materiaal bij hongerige (leergierige) mensen komt. Dat is best een uitdaging.
Eén van de problemen ligt in het feit dat veel voorgangers van de gevestigde kerken behoorlijk traditioneel opgeleid zijn. Met traditioneel bedoel ik dat ze hun opleiding vaak in de hoofdstad hebben genoten en de geleerd hebben dat alleen de officiële landstaal gebruikt moet worden in de prediking. Daarnaast zijn velen van heen ervan overtuigd dat alle Malagasy prima in staat zijn om de officiële taal te begrijpen. Dat is ook niet gek want als je preekt en je vraagt de mensen of het duidelijk is, zullen ze allemaal bevestigend antwoorden. Dit maakt dat veel leiders weinig interesse hebben in bijvoorbeeld de Bijbelverhalen in het dialect.
Het is dus een kwestie van zoeken naar de juiste personen die de meerwaarde er van in zien om de mensen te bereiken in hun eigen hartstaal.
Verder zijn we nog steeds bezig met het boek Genesis. De eerste zes hoofdstukken zijn al gedigitaliseerd en kunnen nagekeken worden. Eigenlijk had ik hier tijdens ons verlof verder aan willen werken, maar dat is er niet van gekomen. Dit komt niet alleen doordat we het druk hadden. Nee, op één of andere manier lijkt het contact met onze vertaler, Menja, niet te lukken. Ik heb hem meerder berichten gestuurd en geprobeerd te bellen, maar ik ben bang dat de gegevens verandert zijn. Tot nu toe hebben we dan ook het meeste succes als we hem in persoon zien en spreken.
Hopelijk gaat het er binnenkort van komen om Menja weer te zien. Zo de Heer wil, reis ik 16 december weer naar ons dorp. Ik had het eigenlijk eerder willen doen, maar dat zou wat weinig tijd hebben gegeven om het te organiseren. Dit keer ga ik namelijk niet alleen.
Tanja Hock had in het verleden als eens gevraagd of ik niet één van haar medewerkers, Tiavina, uit het ziekenhuis kon meenemen. Dan kon hij ook eens ervaren hoe het er aan toe gaat in zo’n gebied. Tegelijkertijd zou hij dan wat medische zorg kunnen verlenen en tot bemoediging zijn voor Sambivelo.
Sambivelo heb ik wel weten te bereiken via de telefoon. Vanwege onmin in de familie woont hij nu verderop in het gebied. Omdat hij geen medicijnen en andere medische spullen meer had, is hij weer in de rijstvelden gaan werken. Hopelijk kan Tiavina hem bemoedigen en hem helpen om weer wat te gaan doen met de medische zorg waarvoor hij in de clinic is getraind.
Jonoro is de tweede persoon die mee gaat. Jonoro, ook wel pastor Jonoro genoemd, is iets ouder dan ik en heeft al wel ervaring met het leven op het platteland. Hopelijk kan hij een brug slaan voor de verspreiding van de boekjes. Het is in ieder geval de bedoeling om hem in contact te brengen met de nieuwe (jonge) voorganger van de kerk in ons gebied. Deze voorganger, Oliva genaamd, heeft duidelijk wél interesse in het vertaalwerk. Ik hoop hem te koppelen aan Jonoro zodat deze hem kan bemoedigingen en bestaan met wijsheid, zoals een oudere broeder dat kan doen.
Dan de derde persoon die meegaat. Neto is een jonge Braziliaan van 23 jaar. Hij is via AIM voor een jaar op Madagaskar om vooral te leren wat zending inhoudt. Neto gaat dus mee om te zien wat ik zoal doe.
Kortom, het wordt een trip zoals ik dat nog niet eerder heb gemaakt. We zien uit naar hoe de Heer het gaat uitwerken.
Tijdens de presentaties hebben we zo min mogelijk over financiën gesproken. We willen niet dat mensen het idee krijgen dat we alleen maar komen om sponsoring te werven. Het was iedere keer onze oprechte bedoeling om mensen te bemoedigen met de verhalen van God’s werk op Madagaskar.
Toch ontkomen we er niet aan om onze financiële situatie in deze nieuwsbrief te benoemen. Sinds ons vorige verlof hebben diverse sponsors zich moeten terugtrekken. We zijn hen heel dankbaar voor alle jaren van ondersteuning! Jammer genoeg hebben we geen nieuwe sponsors gekregen die deze ‘gaten’ kunnen opvullen. Hierdoor hebben we een gemiddeld te kort van 500 á 1000 Euro per maand. Dit komt natuurlijk niet alleen doordat sommige sponsors zijn gestopt. We hebben ook te maken met alsmaar duurder wordende zaken als eten, reizen en behuizing. Met andere woorden, met 25 Euro konden we drie jaar geleden meer doen dan nu.
We zouden u willen vragen om samen met ons te zoeken naar nieuwe sponsors. Maar ook om er met de Heer naar te kijken of u iets meer kan geven. Uw gift is immers ook onderhevig aan inflatie. Zoals we hierboven al hebben omschreven konden we met uw gift drie jaar geleden meer kopen dan nu. Het is goed om dit in gebed bij de Here te brengen.
Meer over ondersteuning kunt u op onze website vinden: https://www.jurgenenkatja.nl/geven
We zijn heel dankbaar voor iedere gift!
Zoals eerder in de brief genoemd zijn de vertaalde boekjes onderweg. Het evangelie van Lukas, het boek Handelingen, en de boekjes met 41 verhalen uit de Bijbel—allemaal in het Malagasy-Antanala dialect. Zoals dat vaak gaat bij dit soort projecten zijn er onvoorziene kosten. Om het materiaal in de hoofdstad te krijgen hebben we nog 576 Euro nodig.
Dat klinkt als een fors bedrag, maar ik zal het u even voorrekenen. Als we de boekjes hier laten afdrukken kost dat ongeveer tussen de 5000 -10000 Ariary per boekje. Dat is dus ongeveer € 1,50 per boekje. Er zijn 7500 boekjes onderweg. Dat is een waarde van ongeveer € 11250. U begrijpt dat we dan toch heel anders kijken naar die 576 Euro.
Waarom noemen we dit nu? We wilden dit bij u neerleggen omdat we begrijpen dat niet iedereen ons maandelijks kan ondersteunen, maar de meeste mensen zijn wel in staat om éénmalig een gift over te maken. Is dit nu een project waar u deel van wil uitmaken dan kunt u uw gift overmaken via één van de opties op onze website, onder vermelding van ‘extra gift verscheping boekjes.’
https://www.jurgenenkatja.nl/geven
We hopen dat u na het lezen van deze brief, net als wij, ook uitziet naar wat de toekomst gaat brengen. We kunnen plannen maken maar één ding weten we zeker: “wat de Heer van plan is, gebeurt.” (Spreuken 19:21)
We voelen ons bevoorrecht dat we zo veel steun krijgen in ons werk. Bedankt voor uw gebed, medeleven, en ondersteuning!
Samen met jullie willen we op de Heer blijven vertrouwen! Want God is goed, altijd! En altijd is God goed!
Van harte Gods zegen toegewenst,
Katja & Jurgen
Vanya, Issa, Abbey, Dani en Siemen Hofmann.
Ondersteun onsVia een online formulier: https://www.jurgenenkatja.nl/geven/of zelf: IBAN: NL91 RABO 01 55 6 57 712 'AIM International' te Wageningen O.v.v. : Project Zendingswerk Madagaskar Of voor de auto: Project Zendingswerk Madagaskar – auto* Uw giften zijn fiscaal aftrekbaar finance.nl@aimint.org Tel: 0317-712467 *Het geld in het autofonds gebruiken we tevens voor onderhoud van de motor, maar afgezien van nieuwe banden verwachten we geen grote kosten. |
ContactJurgen & Katja HofmannVanya, Issa, Abbey, Dani & Siemen Postadres: BP714, Antananarivo 101 Madagaskar contact@jurgenenkatja.nl Contact persoon Nederland: David Pavlotzky Tel:06-54 20 36 83 website voor andere manier van contact: https://www.jurgenenkatja.nl/contact/ |
DisclaimerWe zijn heel dankbaar voor uw interesse in ons werk onder de Antanala mensen op Madagaskar. We waarderen de betrokkenheid en ondersteuning van de mensen die God om ons heen heeft gezet. Dit werk is veel groter dan ons gezin en zouden het niet alleen kunnen doen.U hebt zich ofwel opgegeven voor deze nieuwsbrief of u hebt een belangrijke rol gespeeld in onze levens waardoor we dachten dat u graag op de hoogte zou willen blijven wat betreft onze 'reis'. Als u de nieuwsbrief niet langer wilt ontvangen kunt u zich afmelden via de link hieronder: afmelden@jurgenenkatja.nl |
Copyright © 2024 jurgenenkatja.nl. All rights reserved.